“Ik klop elke keer weer bleinen op mijn handen, maar ik draag graag iets bij voor de club”
- Seppe Meul
- 28 okt 2019
- 4 minuten om te lezen
Ik ben te gast bij Matthias Van Dam. Voor velen onder jullie is hij allicht een nobele onbekende. Toch vervult Matthias een zeer mooie en tegelijk belangrijke rol binnen de club. Hij is de man achter de trommel. Hij geeft de maat aan, hij zorgt voor dat extra tikkeltje sfeer en maakt zichzelf daarmee onmisbaar op Blok E. Vanuit het principe, deze man verdient meer aandacht en respect dan hij nu krijgt ging ik hem opzoeken voor een gezellige babbel over zijn leven met de trommel en zijn leven op de Freethiel.
Dag Matthias, jouw hoeveelste jaar als man met de trommel is dit nu al?
Ik ben nu bezig aan mijn tweede seizoen als vaste man achter de trommel. Het seizoen daarvoor was ik al een jaartje in opleiding.
Hoe is dat eigenlijk allemaal tot stand gekomen?
Dat is eigenlijk allemaal heel snel gegaan. Vroeger als gewone supporter zat dat er al in, ik gaf de maat aan met mijn voeten of in mijn gedachten als ik op de tribune stond. Naarmate ik ouder werd kwam ik bij de Ultra’s terecht. Mijn voorganger die stopte ermee en dan vond ik het een mooie kans om het van hem over te nemen, en zo geschiedde.
Het spelen met ritmes heeft er dus altijd wel een beetje ingezeten. Zit dat dan ook in de familie?
Neen, eigenlijk helemaal niet. Ik heb behalve trommelen, om het muzikaler uit te drukken: drummen, ook nooit iets anders gedaan. Het is voor mij een mooie manier om bezig te zijn en een bijdrage te leveren aan de sfeer en voor de supporters. Daarnaast, mijn stem kan het niet aan om veel en luid te schreeuwen dus daar kan ik de ploeg niet echt bij helpen. Nog een reden dus waarom ik ben beginnen trommelen, ik help graag dus dit is dan een mooi alternatief.
Zeg eens eerlijk, hoeveel mensen weten wie jij bent en wat je doet?
Sowieso weet iedereen van de Ultra’s en de Young Crew dat wel, zij respecteren ook enorm wat ik doe. Verder blijft dat eigenlijk vrij beperkt. Onlangs kwam er een kindje naar mij om te zeggen dat ik goed getrommeld had en dat hij ervan had genoten. Dat doet wel deugd. Verder dan heel af en toe een aanspreking of herkenning komt dat echter niet.
Zou daar meer aandacht voor mogen zijn?
Dat zou zeker wel tof zijn ja. Ik klop elke week opnieuw weer bleinen op mijn vingers dus aandacht krijgen voor het werk dat je doet voor de club, of supporters die hun respect laten blijken zou wel eens fijn zijn af en toe!
Wat ik mij nog afvraag, hoeveel kan jij dan nog meepikken van de wedstrijd?
Redelijk veel eigenlijk. Ik ben aan het trommelen, ik luister naar wat ze zingen maar over het algemeen belemmert mij dat niet om de wedstrijd volledig te kunnen volgen. Af en toe hangt er eens een been in de weg (lacht) maar dat neem ik er met plezier bij!
Je bent dus aan jouw 2,5e seizoen bezig als man met de trommel, wat vind je zelf het leukste om te doen?
De ‘Vicking Clap’ vind ik altijd wel fantastisch om te doen. Voor zij die dat niet kennen: dat is wanneer iedereen met z’n handen in de lucht hangt en wacht op mijn twee slagen op de trommel om met hun handen te klappen. Denk aan waar IJsland zo bekend om stond tijdens het WK. Het is een zalig gevoel, op dat moment hangt het af van wat ik doe alvorens de supporters daarop kunnen reageren. Elke keer een hoogtepunt in de wedstrijd vind ik. Als tweede zou ik kiezen voor de ‘klap klap klap klap klap klap klap klap BEVEREN’! Na een kans of bij een hoekschop wordt dat heel vaak gedaan. Vroeger werd dat heel snel gedaan, nu heb ik besloten om dat op een iets trager tempo te doen, dat werkt wel en opnieuw: zo’n fantastisch gevoel!
Absoluut! Al het materiaal dat er voor nodig is, is dat allemaal eigen investering?
Nee nee, dat hebben de mannen van UB14 altijd geregeld. Als er herstellingen nodig zijn aan de trommel, de stokken, etc, dan wordt dat gedaan door de Supportersfederatie of de Ultra’s. Dat ze er op die manier in steunen vind ik prachtig en dat waardeer ik enorm!
Nog even over jouw leven als supporter zelf, wanneer is het voor jou allemaal begonnen?
De allereerste zaken die mij in de richting van Beveren geduwd hebben waren die kleine ‘voetballerkes’ die je kon verzamelen in de krant in de tijd van de Ivorianen. Echt naar de wedstrijden zelf gaan kijken is begonnen zo’n twee jaar voor de fusie. Eerst ging ik mee met een vriendin, dan is het allemaal snel gegaan, je leert mensen kennen, je neemt al eens een uitwedstrijd mee,… Vanaf dan heb ik de microbe te pakken gekregen en sindsdien heb ik elk jaar een abonnement op de Freethiel en ben ik ook een vaste waarde op verplaatsting. Logisch ook want ik ben ‘den trommelaar’ (lacht).
Om af te sluiten, hoe eindigt het seizoen voor ons dit seizoen?
Het is al duidelijk dat het opnieuw een moeilijk seizoen is en nog zal worden. We pakken te weinig punten als je kijkt naar het goede voetbal dat we bij momenten toch spelen. Dan ontbreekt er iets, dat zie je aan alles. Ik hoop natuurlijk dat er net zoals de vorige jaren opnieuw één club nog minder punten pakt dan ons maar of dat het geval zal zijn kan ik op dit moment echt nog niet zeggen.
Dat jaarlijks degradatievoetbal, wordt je dat niet moe?
Goh ja, zo’n boerenjaar zoals met Clement dat is eens leuk om mee te maken. Meer winnen, meer sfeer en een hogere positie dat doet wel eens deugd. Maar uiteindelijk is het toch voor de club dat je naar de Freethiel trekt, die liefde, die passie, die is veel te sterk.
Klopt! Nog een laatste, hypothetisch vraagje: je wordt elk jaar 15e maar zakt nooit, of volgend seizoen spelen we Play Off 1 maar het seizoen erna degraderen we wel. Wat kies je?
Play-Off 1 spelen zou ontzettend mooi zijn. Maar zoals ik daarnet al zei, je gaat voor de ploeg naar het stadion. Ik zal ze steunen onder welke omstandigheden dan ook. Eerste klasse, tweede klasse of zelfs in amateur. Ik steun mijn club altijd!
Prachtige noot om mee te eindigen. Hartelijk dank voor dit fijne gesprek!
Comments